• Baktip 1: Laat de biefstuk op kamertemperatuur komen: Haal het vlees minimaal een uur van tevoren uit de koelkast en laat het afgedekt op temperatuur komen. Als de biefstuk vacuum verpakt is, haal deze dan ook uit het vacuüm. Zo voorkom je dat het vlees 'schrikt' in de pan en van binnen nog koud is na het bakken.
• Baktip 2: Dep de biefstuk droog.
• Baktip 3: Vooraf zout, achteraf peper: Zouten zorgt ervoor dat het vlees een mooie smaak krijgt. Maar zout trekt vocht uit de biefstuk. Bestrooi de biefstuk daarom pas vlák voor, of tijdens het bakken met zout. Bestrooi de biefstuk pas na het bakken met peper en naar wens met grof zeezout. 
• Baktip 4: Bak met boter én olie: Verhit ongezouten roomboter in een hete pan en wees daarmee niet te zuinig. Voeg een klein scheutje olie bij de boter. Laat de boter goed smelten tot hij goudbruin is.De combinatie van boter en olie zorgt ervoor dat je de rijke botersmaak houdt, en de olie zorgt voor hogere temperaturen waardoor de biefstuk mooier dichtschroeit, zonder dat-ie verbrandt. 
• Baktip 5: De juiste garing...
  - Schroei de biefstuk eerst goed dicht: leg de biefstuk in de pan en bak beide kanten een halve minuut. Zo zorg je ervoor dat de sappen in het vlees behouden blijven.
  - Zet vervolgens de warmtebron íets lager (niet te laag). Daardoor zal de boter niet verbranden. Maar zet het vuur niet te laag, anders kan het vlees niet goed bakken.
  - Voeg nog een beetje roomboter toe in de pan en bedruip de biefstuk daar mee.
  - Afhankelijk van hoe je je biefstuk lekker vindt (rood/medium/doorbakken) bak je eventueel beide zijden nog even door. Hoe roder de binnenkant, hoe malser het vlees!
• Baktip 6: Laat de biefstuk rusten: Wikkel de biefstuk na het bakken losjes in aluminiumfolie, met een kleine opening voor de stoom. Laat hem nog 3-5 minuten rusten. Zo kunnen de sappen in het vlees zich goed verspreiden en dat zorgt voor een malser resultaat. 

Onze verse rookworst maak je eenvoudig thuis klaar door hem te wellen in warm water!

• Vul een pan met warm water en zet deze op het vuur.
• Leg de rookworst(en) in de pan in het water.
• Let op: het water moet niet koken maar wellen, dus nét tegen de kook aanzitten.
• Laat de rookworst 20 minuten wellen.
• Haal de rookworst uit het water en laat 'm even rusten zodat het vocht zich weer kan verdelen. 

Sous-vide koken is makkelijk. Sterker nog, sous-vide behoort tot een de meest eenvoudige manieren van koken. Bij sous-vide gaart vlees in een vacuüm getrokken plastic zakje in heet water. Het enige dat je ervoor nodig hebt is een sous-videapparaat en geschikte plastic zakjes. Het apparaat zorgt ervoor dat het warme water circuleert, waardoor de inhoud gelijkmatig gaart. Sous-vide heeft diverse pluspunten, die te maken hebben met zekerheid en gemak, van het begin van het kookproces tot het eindresultaat.

Je stelt de apparatuur in en het water blijft constant op dezelfde temperatuur. Tijdens het garen hoef je niet meer naar je vlees om te kijken, zoveel zekerheid geeft deze methode. Doordat de garing zo gelijkmatig gaat, krijgt het vlees een bijzondere textuur en blijft de smaak puur. 

• Laat het vlees op kamertemperatuur komen en bestrijk het rondom dun met olie.
• Verwarm de oven voor op 150°C. Leg het vlees op het ovenrooster en schuif de met folie beklede braadslee eronder. Steek een oventhermometer in het midden van het vlees.
• Na 30-40 minuten zal de thermometer een themperatuur van 50°C aangeven en is het vlees rosé. (Houd voor rood vlees een kerntemperatuur van 48°C aan en voor bijna gaar 55°C). De juiste oventijd is afhankelijk van de dikte van het vlees.
• Houd het vlees afgedekt met folie warm tot het op de barbecue van een korstje wordt voorzien.
• Laat het vlees losjes afgedekt met aluminiumfolie minstens 10 minuten rusten voor het aan te snijden, zodat de vleessappen zich weer over het vlees kunnen verdelen. Bestrooi het aangesneden vlees met wat grof zout.